Om te kunnen schieten met vuurwapens dient u minimaal 18 jaar te zijn. Allereerst gaat u op zoek naar een schietsport vereniging die bij u past. Hier kunt u als introduce gaan kijken of het iets voor u is. Let hierbij vooral op de wapengroepen die geschoten kunnen worden, of ze over verenigingswapens beschikken en de lengte van de schietbanen. Voor pistool schieten is 25 meter voldoende, maar voor geweer schieten wilt u een vereniging vinden die ook schieten op een 100 meter baan. Een overzicht van alle aangesloten schietsport verenigingen zijn via onderstaande link te vinden:
https://www.knsa.nl/zoek-een-vereniging/
Bij de meeste verenigingen krijgt u een kennismakingsgesprek om te kijken of de vereniging bij u past, wie u bent en wat uw motieven zijn. Na het introductiegesprek wordt een start gemaakt met de introductiecursus waarbij een trainer u veilig leert omgaan met vuurwapens.
De trainer die u begeleid heeft brengt advies uit aan het bestuur. Wanneer dit positief is, kunt u starten als aspirant waarbij u wordt opgeleid tot beginnend schutter.
Zodra u lid wilt worden dient u eerst een VOG (verklaring omtrent gedrag) te overleggen aan de schietvereniging waarna u wordt aangemeld bij de KNSA (als vereniging bij de KNSA is aangesloten zoals in de meeste gevallen). U start als aspirant lid bij de schietvereniging. Tijdens deze periode wordt u opgeleid tot beginnend schutter. Na een half jaar (introductie- en aspirantenperiode) kunt u bij goedkeuring van het bestuur definitief lid worden.
De eerste 1,5 jaar (incl. aspirant periode) mag u alleen met vuurwapens schieten die onder de olympische disciplines vallen (KNSA aangesloten verenigingen). Het gaat hierbij om de volgende wapens:
- Klein kaliber pistool
- Klein kaliber grendel geweer (niet semiautomatisch)
- Hagelgeweer 12/20
Wanneer u minimaal één jaar volledig lid bent mag u een verlof (wapenvergunning) aanvragen voor een eigen wapen en de daarbij horende munitie die binnen olympische disciplines vallen. Vervolgens mag u ook met wapens schieten die binnen de IPSC en MLAIC-disciplines vallen zoals gereglementeerd door de KNSA. Dit houdt in grote lijnen met uitzonderingen in:
- Bijna alle klein/groot kaliber pistolen/revolvers
- Bijna alle geweren met een maximale kogeldiameter van 8mm mits niet semi automatisch
- Hagelgeweer 12/20
Na 2 jaar volledig lid kunt u ook voor voorgaande wapens een verlof (wapenvergunning) aanvragen. Tevens mag u dan ook schieten met semiautomatische geweren.
Na 3 jaar volledig lid kunt u ook voor een semiautomatisch geweer een verlof aanvragen.
Een eigen wapen kunt u thuis bewaren. U moet beschikken over een verankerde kluis, waarbij wapen en munitie apart afsluitbaar dient te zijn. Dit mogen ook twee aparte kluizen zijn. De kluis hoeft niet verankerd te zijn als deze dusdanig zwaar is (>200 kg) dat deze niet opgetild kan worden. De ambtenaren beslissen uiteindelijk of de kluis voldoet en verankerd is middels een bezoek. Het spreekt voor zich dat alleen de verlofhouder mag bezitten over toegang tot de kluis. Ook vinden in de toekomst kluis controles plaats. Elke verlofhouder zal minimaal één keer per drie jaar een thuiscontrole krijgen.